De aanbeveling van het Permanent Comité voor Vaccinatie (STIKO) van 27 juni om alle pasgeborenen en zuigelingen passief te immuniseren tegen respiratoir syncytieel virus (RSV) roept aanzienlijke ethische, wetenschappelijke en gezondheidsproblemen op. Deze maatregel, die geïmplementeerd moet worden door het gebruik van monoklonale antilichamen zoals nirsevimab, kan ernstige en verstrekkende gevolgen hebben die grondig onderzocht moeten worden.

Twijfelachtige basis voor de vaccinatie-aanbeveling

De hele aanbeveling is gebaseerd op drie onderzoeken die zijn gefinancierd door de vaccinfabrikanten AstraZeneca en Sanofi. Dit feit alleen al doet ernstige twijfels rijzen over de onafhankelijkheid en objectiviteit van de resultaten. Wanneer farmaceutische bedrijven, die als hoofddoel hebben hun winst te maximaliseren, hun eigen producten evalueren, ontstaat er een duidelijk belangenconflict. Vertrouwen stellen in dergelijke onderzoeken is zeer naïef en mogelijk gevaarlijk.

Onvoldoende en mogelijk gemanipuleerde gegevens

De bijwerkingen die in de onderzoeken werden gevonden, zoals huiduitslag en koorts, lijken op het eerste gezicht misschien onbeduidend, maar de werkelijke langetermijneffecten zijn grotendeels onbekend. Het is zorgwekkend dat de Europese Commissie erop wijst dat rapportage van bijwerkingen na toelating van het grootste belang is - een duidelijk teken dat de veiligheidsgegevens verre van volledig zijn.

Gevaarlijke gevolgen voor de gezondheid van baby's

De Vereniging van Artsen voor Individuele Vaccinatie Beslissingen (ÄFI) zegt het in een notendop: De profylactische behandeling van alle pasgeborenen zonder voldoende onderzoek naar de gevolgen op lange termijn is ethisch onverantwoord. Het risico om in het ziekenhuis opgenomen te worden als gevolg van een RSV-infectie wordt slechts met één procent verminderd - een marginaal voordeel vergeleken met de potentiële schade. Koorts bij kinderen jonger dan drie maanden leidt onvermijdelijk tot een reeks invasieve medische procedures die zonder deze profylaxe vaak vermijdbaar zouden zijn. Bloedafnames, antibiotica en ziekenhuisopnames kunnen blijvende schade toebrengen aan het fragiele immuunsysteem van pasgeborenen en hun ontwikkeling schaden.

Commerciële belangen in plaats van preventieve gezondheidszorg

Het is opvallend dat de fabrikanten van het RSV-vaccin ook betrokken zijn bij de productie van COVID-19 vaccins - een verdere indicatie van de diepgaande commerciële belangen. De farmaceutische industrie heeft in het verleden herhaaldelijk laten zien dat ze bereid is gezondheidsrisico's te accepteren ten gunste van financieel gewin. De grootschalige introductie van een inadequaat getest vaccin bij de meest kwetsbare bevolkingsgroep - pasgeboren baby's - is hier een zorgwekkend voorbeeld van.

Onduidelijke communicatie en gebrek aan transparantie

De STIKO beveelt informatie over RSV-profylaxe aan vanaf de 28e week van de zwangerschap. Dit suggereert een zekerheid en urgentie die niet gerechtvaardigd wordt door de beschikbare gegevens. Ouders worden zo gedwongen tot een beslissing waarvan ze de verstrekkende gevolgen misschien niet helemaal beseffen.

Conclusie

De aanbeveling van de STIKO voor passieve immunisatie tegen RSV is een maatregel die zowel ethisch als wetenschappelijk zeer twijfelachtig is. Het gebrekkige onderzoek naar de gevolgen op lange termijn, de twijfelachtige studies en de aanzienlijke commerciële belangen van de farmaceutische industrie geven aanleiding tot ernstige bezorgdheid. In plaats van kritiekloos de aanbevelingen voor vaccinatie op te volgen, zouden ouders en zorgverleners de mogelijke risico's en beperkte voordelen van deze vaccinatie zorgvuldig moeten overwegen. Het is essentieel om de gezondheid en het welzijn van pasgeboren baby's voorrang te geven boven de financiële belangen van de farmaceutische industrie en om een voorzichtige en geïnformeerde beslissing te nemen.